Geschreven op het strand van Gili Trawangan;
Een verhaal over 18 dagen, bijna 800km scooteren in 9 dagen, 3 vulkanen, 2 Koninklijke paleizen, een batikfabriek, meerdere Hindutempels en onbestemde tempels, de geboortesteden van 2 opa’s, een bezoek aan een middelbare schoolvriend, de Sawa en ontzettend groene theevelden!!! Lees het als je ff de tijd hebt, want het is iets langer geworden dan de bedoeling was.
Het idee
In Laos was het idee al geboren om een deel van de reis te gaan scooteren. Niet dat het reizen met het openbaar vervoer niet leuk is, maar het brengt wel regelmatig wat lastigheden met zich mee… Met je eigen vervoer daarentegen kan je gaan en staan waar en wanneer je wilt, hoef je geen rekening te houden met vreemde vertrek- en/of aankomstijden. Maar het grootste voordeel; als je iets moois ziet waar je van wil genieten, dan stop je en GENIET JE!!! Kortom eigen vervoer is gaaf en relaxed.
Maar ja, een auto huren past niet echt binnen een budgetje van €40,- per dag, dus zullen we het met een scooter moeten doen. Niet dat dat een probleem is, want scooterrijden is gewoon gaaf!!!
Na wat illusies of het niet mogelijk was om vanaf Thailand helemaal naar het zuiden te scooteren en een aantal pogingen in Jakarta om een oude Vespa op de kop te tikken. Hebben we besloten om toch maar een scooter te huren en een iets bescheidener 800km af te leggen.
Yokjakarta was de startplek, waar we van twee backpacks één gemaakt hebben om de andere achter te laten. Het was nog even wat rondshoppen om een verhuurder te vinden die het goed vond dat we half Java over zouden crossen, wat niet alleen horizontaal nogal een afstand is maar waar je vaak ook verticaal een paar kilometer aflegt, en niet alle scooters zijn daarop berekend. Voordat we wegkonden toch nog maar even langs de helmenboer gegaan om fatsoenlijke helmen te kopen. Helmen die ten eerste tijdens het rijden op je hoofd blijven zitten, en natuurlijk ten tweede ook nog enige bescherming kunnen bieden voor het geval dat.. (Na één keer in Nederland van een helm gebruik gemaakt te hebben rij je nooit meer zonder…).
Wonosobo & Dieng Plateau
Dus op 07 oktober konden we, met ieder een mooie helm, eindelijk op pad. De eerste etappe was van Yokjakarta naar Wonosobo; een rit van zo’n slordige 130km. De tocht begon op slechts een paar meter boven zeeniveau, om via een bergpas tussen twee vulkanen door, te eindigen op een hoogte van +900m. Kortom veel bochtwerk en erg mooie uitzichten. Helaas af en toe ook pikzwarte rook van te vol geladen bussen en vrachtwagens die zich met moeite omhoogwerken.
Wonosobo
Na zo’n vijf uur (incl. de nodige stops) gereden te hebben zijn we in Wonosobo uitgekomen, een middelgrote stad waar eigenlijk niet veel meer te doen is dan te overnachten om de volgende ochtend vroeg naar het Dieng Plateau te gaan wat nog eens 1400m hoger ligt.
Dieng Plateau
Na een super mooie, stijle tocht komen we in Dieng. Dieng is een dorpje dat in een vallei op een hoogte van zo’n 2300m ligt. Dieng is een belangrijke plek in de geschiedenis van Indonesië, de oudste overgebleven Hindutempels van Java zijn hier te zien en gedacht wordt dat vanuit hier het Hindoeisme op Java is begonnen. Het mogen dan wel de oudste tempels van Java zijn, maar erg spectaculair zijn ze niet. Wat Dieng zo bijzonder maakt is het natuurlijk geweld dat hier te zien, ruiken en (in het verleden) ook te voelen is. Dieng is namelijk het dorpje dat op het Dieng Plateau ligt en eigenlijk een grote vulkaan krater is. Ook het coloured lake is gaaf; het borrelt overal en het is echt chemisch blauw.
Naast het natuurlijk geweld, zijn alle velden met thee, rijst, aardappelen en nog gewassen helemaal geweldig. Erg mooie plaatjes als de mensen er in aan het werk zijn en nog mooier als ze met grote ladingen eruit komen. Grote zakken/manden op de schouder of het hoofd, in twee manden aan een stok en die dan over de schouder, achter op de fiets/brommer of met doeken op de rug gebonden. Erg zwaar allemaal! Dat wij niet meer over onze inmiddels veel te zware backpack mogen zeuren.
Ook deze dag zijn we weer een echte attractie, een hele familie die een dagje op pad is, vindt ons erg interessant. En wij hun ook! Het wordt inmiddels standaard, maar we blijven het leuk vinden en er gewoon aan meewerken om zoveel op de foto te gaan. Irritant vinden we dan ook de mensen van de groepsreis die we hier tegen komen en die de locals gewoon negeren en niet op de foto willen. Tss
Ohja, de reden dat je ons hier constant met onze helm op ziet lopen, is dat je je helm niet mag achterlaten bij je scooter als je die parkeert. Normaal zetten we die gewoon op de spiegels, maar dat mocht hier niet. Iedereen loopt dan ook gewoon met z’n helm op. Wat een werk om dat ding vast te houden! (En het is overigens wel lekker warm, want was is het koud daarboven!)
Semarang, Bandungan en Ambarawa
Na nog en nachtje te hebben geslapen in Wonosobo zijn we de volgende dag richting Semarang vertrokken. Een rit van ongeveer 150 km, waar we eigenlijk de hele dag over hebben gedaan, want wat een mooi stuk. We zijn van de gewone grote weg afgegaan en hebben allerlei kleinere tussendoorwegen opgezocht. Soms was dat niet een al te goede keuze, want dan was de weg wel erg hobbelig en op een scooter is dat echt geen pretje voor je kont! Onderweg stoppen we uiteraard meerdere keren, onder andere bij een waterval. Eerst eten we daar bij de warung (winkel) een mie ayam (mie soep met kip) en daarna gaan we het park binnen. De waterval is wel mooi, maar het uitzicht is eigenlijk veel spectaculairder. Want je kan echt heel heel ver kijken! Gaaf!
Overigens is een man die daar rondloopt er van overtuigd dat wij hem geld moet geven, want hij blijft maar achter ons aanlopen met zijn hand op. Wij waren daar echter minder van overtuigd. Al die andere mensen om hem heen proberen gewoon met het verkopen van drankjes en snackjes te verkopen wat te verdienen! Kan hij toch ook doen?
Vlak voor Semarang worden we overvallen door een regenbui, dus zoeken we even een schuilplek op. Dit wordt op een randje ergens voor een rijtje winkels. Na een tijdje rustig onze doppinda’s te hebben zitten eten, kwam er een vrouw met dochtertje op ons af. Ze vertelde dat haar dochertje ons herkende van de tv, maar haar dochtertje vroeg zich af waar de hond dan was, want die was altijd bij ons! Nog even leuk zitten kletsen met haar en enkele andere nieuwsgierigen.
Semarang
Semarang is de plaats waar de opa van Marielle is geboren en opgegroeid. Toch wel heel erg bijzonder om daar dan te zijn en er rond te lopen. Natuurlijk is er veel veranderd en is er niet echt veel directs terug te vinden. Wel staat het oude schoolgebouw er nog steeds, waar we op een zondagmiddag dan ook rustig doorheen lopen terwijl er niemand is behalve een slapende bewaker. Daarnaast staan er in Semarang in de Oudstadt nog veel oude koloniale gebouwen uit de Nederlandse tijd, die we dus bezocht hebben. En verder vinden we een collectie met oude foto’s en postkaarten van over heel Indonesie, erg gaaf, dus die hebben we meegenomen!
Verder is het erg leuk om in Semarang over de grote overdekte markt Pasar Johar te lopen. Wat een enthousiaste mensen en overal maken we met gebarentaal en de kleine herkenningswoordjes een gesprekje. Ook een perfecte locatie voor mooie foto’s, jammer alleen dat er zo weinig licht is, waardoor het fotograferen zo lastig wordt.
Daarnaast zijn er gewoon zoveel mooie plaatjes in de stad! We zien een man die met uiterste precisie bezig is om een eigenlijk al vergane paraplu te repareren. Een andere man die in een kleine winkel druk is achter zijn oude naaimachine. Een blije vrouw in een winkel gevuld met allemaal potten vol snackjes. Slapende becakdrivers in hun eigen becak. Een man die aan het zeulen is met grote blikken water om iedereen van vers water te voorzien.. etc. etc. Erg mooi!!
Badungan en Ambarawa
Vanuit Semarang maken we een dag een uitstapje naar deze twee plaatsen. Net boven Bandungan, tegen de berg aan, liggen de 9 gedung Songo hindoestaanse tempels. De tempels zijn niet denderend, maar het uitzicht en de gehele setting is gaaf. Wat toch bijzonder is, is dat we op dit soort plekken altijd jonge local stelletjes tegenkomen die altijd alles hand in hand samen bezichtigen! Ze zoeken dan daarna meestal een plekje op om samen te zitten. Dus je komt ze dan ook weer overal samen zittend tegen.. Gewoon grappig om te zien en opvallend.
Later op de dag gaan we naar Ambarawa gereden waar een oud Nederlands treinstation staat. Dennis vindt de treinen interessant en Marielle de kids die ‘hello mister’ blijven roepen. (Overigens totdat ze om ‘money’ beginnen te vragen.)
Solo
Solo is de volgende bestemming in de planning. De reis er naartoe is eigenlijk vrij suf, want we rijden over de grote weg. Weinig uitzicht dus, op alle winkeltjes langs de weg en alle volgeladen scooters en vrachtwagens na. Onderweg maken we nog een stop voor een ijsje en een drankje, en gaan voor op het randje van de winkel zitten. Na een tijdje te hebben gezeten zagen we 20m verderop ineens twee hoofden van jongetjes om de hoek komen en snel weer weg schieten. Daarna werden het er drie en begonnen ze naar ons te schreeuwen. Toen kwamen er ook nog meisjes om de hoek en uit de bosjes kijken. Eerst een roze hoofddoek, toen een gele en nog een roze. Even later kwamen ze dichterbij om een hoekje staan en waren het ineens meer dan 10 kinderen! Super enthousiast, maar zodra wij iets te veel reactie gaven, schoten ze ineens weg. Erg leuk hoe zegmaar een suffe rit, aan de hand van meerdere van dit soort taferelen toch nog heel erg leuk wordt!
Solo
In Solo proberen we het kort te houden, aangezien de tijd doortikt en we besloten hebben om toch ook nog langs Tarik (de middelbareschool vriend van Dennis) in Tasikmalaya te gaan. Dus we blijven hier maar twee dagen. De eerste dag bezoeken we de twee paleizen in de stad. Veel pracht en praal daar en we komen ook nog een Nederlands elementje tegen; een mini versie van de gouden koets die ooit als geschenk is gegeven. Erg leuk is vooral onze gids Eva die vol enthousiasme van alles verteld over het Mangkunegaran paleis. Ook mooi is dat ze daar net aan het oefenen waren met een traditionele dans en de gamalan muziek. Wat een perfectionisme. Eva wist ons nog te vertellen dat een vrouw voor het uitvoeren van een officiele dans; drie dagen moet vasten, maagd moet zijn en niet ongesteld mag zijn..
De tweede dag doen we een dag ‘around Solo’. We rijden met de scooter weer richting de bergen om daar twee tempels te bezoeken; Candi Sukuh en Candi Ceto. Het bijondere aan deze tempels is dat ze niet van de Islam of Hindu zijn en daarbij is dus de vraag hoe ze daar komen. Rare beelden staan er dan ook, maar de tweede is wel goed voor een gave foto! Verder rijden we deze tocht langs echt te groene theeplantages, de allergroenste die we hebben gezien. Ze blijven echt geweldig!
Wim en Philip
Wim en Philip, ja wie zijn dat nou weer?? Tsja dat wisten wij eigenlijk ook niet totdat we Wim tegenkwamen op het treinstation van Jokjakarta om een kaartje te kopen voor de volgende dag naar Tasikmalaya. Op het station raakte we met Wim aan de praat en besloten we na het bemachtigen van de treinkaartjes om een een drankje te doen samen. Wim zat vol verhalen en wij hadden veel vragen, dus het was erg gezellig. Toen we opmerkte dat we nog wel een hostel moesten gaan zoeken, bood Wim aan dat we wel bij hem konden overnachten. Ok, dus na de scooter ingeleverd te hebben, zijn we met de taxi richting zijn huis gegaan. Wim is een Nederlandse man die met pensioen is en samen met zijn vriend Philip hier in een eigen ontworpen huis woont; the Sawa. Een super mooi huis met een geweldige logeerkamer (met het beste bed dat we tot nu toe op onze reis hebben gehad!) Na een avondje kletsen, bleek dat ze het erg leuk vinden om vaker mensen te ontvangen. Ze hebben dan ook een cauchsurf mogelijkheid, hebben een klein restaurantje op aanvraag en de plannen zijn nog om ook een pension om hun terrein te bouwen. Hierbij is hun bedoeling om lokale mensen aan werk te helpen. Zo werden ons ook de ‘huismasseurs’ aangeboden, die voor een klein bedrag ons fantastisch hebben gemasseerd. Voor het eten en de overnachting wouden ze niks hebben, wel was het idee dat we de drie hulpen in huis wat zouden geven. Dit ook eigenlijk weer met het zelfde achterliggende idee.
Al met al was het een gezellige avond en een leuke ervaring. Ook top om weer even Nederlandse televisie te kijken!!
Tasikmalaya
Na een ontbijt met ECHT brood met Pindakaas zijn we vertrokken naar Tasikmalaya. Met de trein een rit van 5 uur weer richting de west kant (de verkeerde kant op dus) van Java. Daar werden we opgehaald door Dewi en Baby (de vrouw en dochter van Tarik) eenmaal thuis wachten daar ook Tarik en zijn zoon Mursid op ons. Tja das dan best raar, na ruim 10 jaar iemand weer terugzien waarmee je vroeger gave dingen hebt gedaan, meegemaakt en veel van wist, maar nu niet meer dan dat ie getrouwd is en ergens in Indonesië woont (lang leve HYVES om mensen terug te vinden!!!)… Maar de eerste onwennigheden waren snel weg na wat te hebben gedronken, bijgekletst en met z’n allen hutspot te hebben gegeten, LEKKER!!! Erg fijn was het ook om daarna zo’n thuisgevoel te hebben. Gewoon wat rondhangen, beetje kletsen, muziek luisteren, playstation spelen en vooral slechte verhalen ophalen van vroeger… Erg jammer was het alleen dat we niet konden praten met hun kinderen, want ze waren zo leuk. Zij praatten geen Nederlands en wij geen Indonesies, dus veel verder dan oogcontact en lachen kwamen we niet. Naast het thuis rondhangen en naar de shoppingmall gaan, zijn we ook nog twee dagen op pad geweest.
De eerste dag zijn we eerst naar een fabriekje van Tarik geweest, waar we hem eens goed hebben uitgehoord hoe hij dat nou allemaal doet met zijn handicrafts, fabriekjes en het verkopen. Erg gaaf hoe goed hij dat voor elkaar heeft. In een dorpje net buiten de stad heeft ie een huis, van waaruit de hele productie gebeurd, en dat houdt in dat de ruwe materialen daar zo worden bewerkt dat ze daarna in het dorp uitgedeeld kunnen worden. De volgende bewerking wordt dan door de dorpsbewoners bij hun thuis gedaan, en geven het halffabrikaat weer terug. Zo gaat dat dan een paar keer op en neer totdat het eindproduct klaar is en de hele wereld over gezonden kan worden. Het mooie aan dit systeem is dat er een volledig dorp werk heeft.
Na het bezoekje aan deze fabriek zijn we met zijn vieren (Dewi, Tarik, Dennis, Marielle) op pad gegaan met de motor en de extra scooter die Tarik nog had. We zijn naar een meer geweest met daarin een eiland, waarop een iemand vanuit het Sultanaat van Yokjakarta is begraven. Verder zitten er op het eiland ontzettend veel grote vleermuizen. Na eerst wat te hebben gegeten en gedronken (verse kokosmelk en gebakken banaan met geraspte kaas en hagelslag) zijn we met de waterfiets een rondje om het eiland gaan maken.
Erg leuk vonden we het ook om die middag nog even langs te gaan bij de oude buren (Tarik en Dewi waren net verhuisd.) Het was in een klein dorpje en langzaam aan kwam de hele familie binnendruppelen in de voorkamer. We kregen wel 5 potten met snackjes voor onze neus en een glas drinken. De gastvriendelijkheid was enorm.
De tweede dag zijn we naar een vulkaan gereden, een mooie rit weer en maarliefst 600 treden omhoog om in de krater van de vulkaan te kijken. Het blijft indrukwekkend! Bovenop hebben we wat gegeten en gedronken. Ook hier werden we overigens net als elders weer heel erg aangekeken en voor op de foto gevraagd. Maar wat nu heel grappig is, is dat ditzelfde Tarik ook nog steeds overkomt. En dat de mensen dan heel verbaasd opkijken als Tarik gewoon Indonesies spreekt! Mooie situaties duiken er op!
Na ons korte (Dewi hoopte dat we een week bleven) maar zeer geslaagde verblijf, werden we door de hele familie uitgezwaaid op het treinstation. Oom en tante mochten niet weg!
Dewi en Tarik,
Terima Kasih!!!
Bromo & Surabaya
Vanuit Tasikmalaya zijn we doormiddel van een 10,5 uur durende ($%#$)nachttreinreis (komen in de kantine terecht waar volop gerookt en gedronken wordt) naar Surabaya gegaan, omdat de dag toch al verpest was, hadden we bedacht om gelijk maar door te reizen naar de Bromo vulkaan. Dus weer een trein gepakt van Surabaya naar Probolingo en vanaf daar een bus naar het dorpje Cemoro Lawang; het vertrekpunt voor de tocht naar de Bromo. Na dan in totaal 14uur reizen hadden we een hotel met uitzicht op de rokende Bromo. Koud dat het daarboven was (s’nachts daalt de temperatuur tot onder het vriespunt)! Maar in de zon hebben we heerlijk wat gegeten; een beetje wintersportgevoel!
Bromo
Om 3.30 AM ging onze wekker, want de Bromo… die moet je met zonsopgang zien! We zijn duidelijk niet de enigen die naar het uitkijkpunt gaan met de Jeep. Het is nog net geen file! En wat is het naast ijskoud druk daar bovenop! En zoveel Nederlanders!! Maar het uitzicht is gaaf! De Bromo en de Semeru zijn goed zichtbaar vanaf hier, het is hartstikke helder en alles wordt erg mooi verlicht door het zachte licht van de zonsopgang. De Bromo rookt constant, maar de Semeru, die weer achter de Bromo krater te zien is, heeft eens in de ongeveer 15 min een uitbarsting wat een mega zwarte rookpluim veroorzaakt. Cool!
Nadat de zon helemaal op is, stappen we weer in de jeep en nu naar de voet van de Bromo zelf. Nog niet eens uit de auto komen er al tig mannen op ons af of we ook met hen op het paard naar boven willen. Nee, dat kunnen we natuurlijk prima zelf lopen. Mooi om in die gigantisch rokende krater te kijken en hebben er een tijdje bovenop gezeten om van het uitzicht op de woestijn en de omliggende bergen te genieten. Wow!
ps. nog een gekke herinnering van Dennis van het vorige bezoek aan de Bromo…; terwijl ze (Paps en Dennis) naar de zonsopkomst keken, werd er ineens door alle Nederlanders volop gesmst; Pim Fortuyn is VERMOORD!!!
Lokale treinen
Om wat tijd te besparen zijn we direct na het bezoek aan de Bromo vertrokken om naar Surabaya te gaan. De eerste de beste trein gepakt, en dat bleek de goedkoopste klasse te zijn. Op zich geen probleem, hadden we al eens eerder gehad maar dan zonder de backpacks. Het was nu ook een stuk lastiger om een plekje te vinden waar we onze tassen konden neerleggen en te gaan zitten. Uiteindelijk midden in het gangpad geeindigd en iedere keer aan de kant te moeten voor alle verkopers. Was niet echt comfortabel maar wel erg leuk en indrukwekkend om zo tussen de ‘mensen’ te zitten, zo zie je ook hoe de mensen van hier reizen, en hoe sommige moeite doen om toch nog wat geld te kunnen verdienen. Zo was er een invalide jongen (zijn benen stonden ontzettend vreemd, maar hij kon er nog wel mee lopen, maar vraag niet hoe…), die de te smerige trein ging schoonvegen voor wat geld. Erg vervelend was het dan weer het kleine meisje wat, kort na de invalide jongen, langskwam om te bedelen (per definitie geven wij kinderen die bedelen geen geld, met als reden dat dat dan de ouders stimuleerd om de kinderen nog vaker en meer de straat op te sturen om te bedelen). Dennis zat in de deuropening aan het eind van een wagon, en zag dat het meisje voor de nieuwe wagon een nieuw zakje moest pakken. Ze durfde niet echt aan te dringen om geld te geven. Ze liep daarna door naar de volgende wagon, waar ze ontzettend op haar kop kreeg van, waarschijnlijk haar vader, omdat ze niet bij Dennis had gebedeld (waarschijnlijk had die gezien dat die invalide jongen wel geld kreeg en hij/zij dus niet…). Het stomme hieraan was, dat de betreffende man er perfect uitzag in de kleding, en dat er dus waarschijnlijk meer dan genoeg geld opgehaald wordt met het bedelen. Maar wat nog meer stom was, is dat nog geen 20 seconden ervoor een jongen die invalide is ontzettend zijn best doet om wat geld te verdienen, terwijl een gezonde man zijn dochter op haar kop geeft omdat ze niet goed genoeg gebedeld heeft…
Surabaya
Surabaya is de op twee na grootste stad van Indonesië, maar ook de stad waar de opa van Dennis geboren is. Het was ook onze laatste bestemming op Java, nadenkend dat dit eigenlijk het laatste stukje ontwikkelingsland is waar we deze reis zullen komen, voelde het ook wel een beetje als afscheid van Azië. Natuurlijk hebben we Lombok en Bali nog op het programma staan, maar dat is zo toeristisch dat het niet echt Azië meer is. We hebben enkele dagen in Surabaya te besteden gehad voordat we naar Lombok zijn gevlogen.
De eerste dag hebben we het rustig aan gedaan om een beetje bij te komen van de afgelopen paar dagen erg haastig en snel reizen. We zijn dan ook naar de dierentuin gegaan om de Komodo-varaan te zien. Voor de dierentuin staat het beeld van Surabaya, een krokodil en een haai. De dierentuin was toch een stuk minder leuk dan gehoopt, aangezien hij in erg slechte staat was. De hokken waren enorm klein, met daarin of veel te grote, of veel te veel dieren. Alle dieren zagen er dan ook enorm verveeld en zielig uit. De enige dieren die het een beetje goed voor elkaar waren, waren de apen op de aperots… Gelukkig hoorden we later dat de dierentuin gaat verhuizen vanuit de stad naar midden Java, waar veel meer ruimte is. Hopelijk wordt die ruimte dan ook benut om er grote hokken neer te zetten.
Helaas hadden we niet veel meer aanknopingspunten om te bezoeken in Surabaya dan de Lonely Planet aangeeft en hebben dan ook de tweede dag besteed om naar het oude gedeelte van de stad te bezoeken. Hier staan nog een aantal koloniale gebouwen (nu veelal in het bezit van Chinezen), en de Rode Brug. Na wat lokale busjes genomen te hebben (het lukt ons nooit om meteen de goede te pakken) kwamen we aan bij het postkantoor die aan het begin van de oude stad staat. We hadden nog niet veel gegeten en zagen een mooi muurtje in de schaduw naast de ingang van het postkantoor om wat te eten en drinken. We zaten er nog geen minuut en toen kwam er al een man aan om even met ons praten over wie we waren, wat we kwamen doen, en waarom we in Surabaya waren, het is namelijk niet een stad waar vaak toeristen komen. Na een uitleg van onze zijde liep hij naar binnen om even later terug te komen en tussen ons in een aantal munten neer te gooien. Het waren munten gebruikt in de tijd van voor, tijdens en na de oorlog. Er zat zelfs nog een muntje uit 1768 van de VOC bij, die wij met grote ogen bekeken. Even later kwam hij ook nog met een fotoalbum met allemaal foto’s van vroeger langs. Wij vroegen ons natuurlijk af waar hij dat zo snel allemaal vandaan haalde, maar hij bleek binnen gewoon een winkeltje te hebben. Dus het was natuurlijk allemaal te koop, en wij toch wel geinterresseerd mee naar binnen om zijn hele collectie te bekijken. We kwamen zelfs tot de ontdekking dat tijdens de Japanse bezetting, er biljetten zijn gedrukt door de Japanse regering, maar die wel geschreven zijn in het Nederlands. Na een beetje onderhandelen zijn we ervandaan gekomen voor iets minder dan 15 euro, met een aantal biljetten, munten en een aantal oude foto’s.
Met dit oude geld op zak toch maar begonnen om door de oude stad te sjokken, helaas viel dit toch wel wat tegen, alles was in erg slechte staat, en erg duidelijk was het niet. Zelfs de Rode Brug waar in het begin van de onafhankelijkheids oorlog erg veel gevochten is en de plek die door de Indonesiers wordt gezien als het begin van het verzet, is nu een gewone (net zo lelijke) brug als alle andere bruggen in de stad. We hebben onze route dan ook maar niet helemaal afgemaakt om op tijd naar de erebegraafplaats te gaan waar de zus van Dennis’ Opa begraven ligt. Op deze begraafplaats staat ook een monument voor alle omgekomen Marine personeel in de slag om de Javazee. Het was erg bijzonder om te zien dat in zo’n korte tijd zoveel Marine schepen tot zinken zijn gebracht.
Op de terugweg zijn we met een lokaal busje gegaan die ons net aan de verkeerde kant van die 6-baans brede weg had afgezet. Op zich niet zo’n probleem, aangezien in alle grote steden in Java zulke wegen zijn en we inmiddels (na veel afkijken van de locals) wel weten hoe je dan moet oversteken. Nu dus op eenzelfde manier overgestoken, wat voor ons op zich wel prima ging. Het was alleen een beetje jammer dat bovenop die ene scooter die iets te hard remde, een andere knalde die niet goed oplette. Wij maar snel doorgelopen, terwijl wat locals die toekeken ons toeriepen dat er geen probleem was en dat het soort van hun eigen schuld was. Maar we voelden ons toch wel erg ongemakkelijk en waren blij toen we in een klein zijstraatje alle mensen niet meer zagen.
En nu
Vanuit Surabaya zijn we naar Lombok gevlogen, en Azie zit er voor ons gevoel nu eigenlijk op. We hebben natuurlijk nog wel Lombok en Bali op het programma staan, maar dat is toch een stuk toeristischer. We zullen ons daar dan ook voornamelijk bezighouden met snorkelen, duiken, surfen, zwemmen en biertjes drinken.
Kortom PROOST!
p.s. de foto’s van Surabaya volgen later.
Wauw, lekker lang verhaal. Ik hou dr van! Begint een beetje vervelend te worden misschien maar: ik wil terug!!! Klinkt allemaal errug goed en zeer jaloersmakend. Helemaal nu jullie op ons geliefde Lombok zitten. Hoelang hebben jullie nog voor Australië? Heb ik al mijn tips voor Lombok & Bali al gegeven?
Nou GENIET! Voor je het weet is het al weer 3 maanden geleden en kan je het je bijna niet meer herinneren (mag graag een beetje overdrijven…).
Liefs,
Nienke
Hey jongens!
Wat een ontzettend mooie foto’s! Heerlijk man, klinkt zo GAAF!!
Leuk om te lezen, maakt mij ook erug jaloers! Ik wens jullie nog heul veul plezier met snorkelen, duiken, surfen, zwemmen en vooral biertjes drinken!!!
Geniet! XX Katrien
Zo, wat weer een verhaal. Vooral het laatste stuk vind ik interresant. Hoop daar als jullie terug zijn het een en ander van te zien. Heb al veel gelezen over de slag om de Javazee en ben zeer benieuwd wat er daar nog van te zien is.
Groet Jaco.
Hey Dennis!!
WOW! super gaaf zeg allemaal! Wat onwijs lang geleden dat ik jou heb gesproken. Zag op hyves dat je een berichtje had geplaatst. Meteen even gaan kijken. Wat een mooie foto’s! helemaal gaaf die reis. Geniet er ontzettend van!
liefs x Nathalie.
Proost!!! op nog meer mooie, spannende, bijzondere belevenissen!
Annemarie